Beurzen nemen stevige aanloop naar 2024
Het positieve beurssentiment van november hield ook gedurende de wintermaand december rustig stand. De Amerikaanse S&P 500-index steeg in de laatste maand van 2023 met een solide 4,4% en deed het zo opnieuw iets beter dan de Europese Stoxx 600, die een stijging van zo’n 3,8% wist te realiseren. Beide aandelenkorven eindigden het beursjaar zo op een steenworp van nieuwe all-time highs.
Het prompt van tafel geveegde scenario van een langdurig hoge rente, dat de centraal bankiers eerder dit jaar profeteerden in het kader van hun strijd tegen de hardnekkige inflatie, werd vervangen door een hoopvol narratief van dalende inflatie, dalende rente en een min of meer ongeschonden economie. Een uitkomst die economen doorgaans beschrijven als een ‘zachte landing’.
De laatste inflatiemetingen waren effectief bemoedigend. In de eurozone daalde de inflatie met 50 basispunten tot 2,40%. De kerninflatie, die abstractie maakt van de volatiele energie- en voedingsprijzen, zwakte tevens met 60 basispunten af tot 3,6%. De Amerikaanse Core PCE-index, de favoriete inflatie-graadmeter van de Amerikaanse centrale bank, daalde in de laatste meting tot ongeveer 3,2% op jaarbasis.
Zowel in Europa als in de Verenigde Staten stemt dat de centraal bankiers goed gezind. De monetaire verstrakking heeft zijn werk (zo goed als) gedaan, terwijl de arbeidsmarkt nog steeds sterk is en de terugval van de economische groei relatief beperkt is gebleven. In het kielzog van de one-eighty van FED-gouverneur Waller in november, pivoteerde zo ook invloedrijk ECB-bestuurslid Schnabel in één vlotte beweging van havik naar duif. “Als de feiten veranderen, verander ik van gedachten.” citeerde ze Keynes terwijl ze zichzelf een klopje op de schouders gaf.
Ook de markt zag dat het goed was en stuwde de langetermijnrentes verder neerwaarts. De Amerikaanse tienjaarsrente daalde doorheen december met ongeveer een halve procentpunt tot 3,86%, terwijl de rente op Duits staatspapier over diezelfde periode terugviel met ongeveer 42 basispunten tot 2,02%. Het is dan ook niet verrassend dat voornamelijk de rentegevoelige aandelen het opnieuw erg goed deden, waaronder vastgoed, de industrie en de financiële sector. In het obligatielandschap profiteerden voornamelijk de langlopende leningen.
De markt rekent ondertussen op een daling van de Amerikaanse beleidsrente met 1,5 procentpunt in 2024, aanzienlijk meer dan de 75 basispunten aan rentedalingen die de FED-leden zelf stipuleerden in hun befaamde dot-plot. De vraag rijst dan ook of de markten niet te hard van stapel lopen. Het was in dat opzicht opvallend dat FED-voorzitter Powell in zijn begeleidende commentaren geen enkele moeite leek te doen om de renteverwachtingen van de markt te temperen. Dat in tegenstelling tot ECB-presidente Lagarde, die meende dat er zelfs nog niet werd gesproken over renteverlagingen. Nochtans bevindt de eurozone zich in heviger economisch vaarwater dan de VS.