Dit keer bekijken we dit thema vanuit een andere invalshoek dan gewoonlijk: met de bril van de begunstigde, u als ontvangend kind.
Als Next Gen belegger bent u graag goed geïnformeerd wanneer u het gesprek over de nalatenschap met uw ouders voert. Een positieve oplossing voor schenker én ontvanger, dat is de bedoeling. Dit blogartikel zal u daar zeker bij helpen.
We focussen eerst op de schenking, met vragen zoals:
Tot slot geven we ook nog enkele tips voor Next Gen erfgenamen.
Anders dan gewoonlijk focussen we hier op de ontvanger en dan specifiek op het ontvangende kind en de ouder-kindrelatie, in Vlaanderen. Ontvangt u een schenking van iemand anders, dan zal het verhaal gelijklopend zijn, maar bv. met andere tarieven. Daarnaast focussen we op de beleggingsportefeuille, dus op het roerend vermogen. We gaan dus niet in op de schenking of het vererven van onroerend vermogen.
Er wordt in Vlaanderen veel geschonken. Waarom is schenken nu zo populair? Daar zijn drie grote redenen voor.
Voor de berekening van de erfbelasting op hetgeen u erft, moet u bekijken hoeveel de waarde van het roerend gedeelte is en hoeveel de waarde van het onroerend gedeelte. De eerste schijf van 50.000 euro is onderworpen aan een tarief van 3%. De tweede schijf is onderworpen aan 9%, de derde schijf aan 27%.
De hoge erfbelasting in dit voorbeeld kan makkelijk geoptimaliseerd worden door de effectenportefeuille te schenken aan de kinderen. Op een schenking van roerend goed is in het Vlaamse Gewest 3% - of zelfs 0% als de schenker er op tijd aan begint - verschuldigd, wat uiteraard een enorme besparing oplevert. (Op tijd, dat is: meer dan 3 jaar voor het overlijden van de schenker, de zogeheten risicotermijn in Vlaanderen.)
Hoe lukt het aan 0%? Meer hierover in het hoofdstukje over Schenken via bankgift.
Goed om te weten: het is mogelijk om de effecten te schenken. Het is dus niet nodig om eerst de portefeuille te verkopen (met de bijhorende beurstaks, voorheffing, verkoopkosten, …), de cash te schenken en dan een nieuwe portefeuille op te bouwen. |
Er bestaan twee manieren van schenken:
In sommige gevallen is het verplicht met een notaris te werken om te schenken.
Een notariële schenking moet door de notaris geregistreerd worden. Op een schenking van roerend goed is 3% schenkbelasting verschuldigd. anders dan successierechten is dit een vlak tarief: altijd 3%, ongeacht het geschonken bedrag. Verder zijn er ook notariskosten verschuldigd.
Een andere mogelijkheid is een effectenportefeuille schenken via een bankgift met pacte adjoint. Hoe werkt dit? Niet via de notaris. Het gaat hier over een zogeheten onrechtstreekse schenking die in verschillende stappen verloopt.
Er zijn verschillende manieren om dit te doen, maar er moet telkens een bepaald stappenplan gevolgd worden:
Hoewel er verschillende manieren zijn om een bankgift te doen, moet er telkens wel een bepaalde volgorde gerespecteerd worden.
Als tarief is er 0% verschuldigd, maar er geldt wel een risicotermijn van 3 jaar. Met andere woorden: wanneer de schenker binnen de 3 jaar overlijdt, dan gaat de schenking terug naar de nalatenschap alsof de schenking niet heeft plaatsgevonden en dienen er dus successierechten te worden betaald.
Let wel: die risicotermijn van 3 jaar in het Vlaamse Gewest is 5 jaar in Wallonië. Die termijn kan in de toekomst ook in Vlaanderen verlengd worden. Registreren bij (bijvoorbeeld) een Nederlandse notaris werd vroeger ook vaak toegepast voor de 0%. Maar die ‘kaasroute’ is inmiddels gesloten, het net sluit zich voor ‘gratis’ alternatieven. Een plots overlijden kan u niet ondervangen. Tijdig eraan beginnen is dus aan te raden!
Belangrijk is ook dat u als begiftigde de schenking vrijwillig kan registreren zolang de schenker nog in leven is. U stapt dan naar het registratiekantoor, stuurt de documenten op via de post of laat de bankgift online registreren. Dit laatste is nieuw: u kan dit via MyMinfin zelf doen. U betaalt de 3% en daarmee is de kous dan af. Meer hierover in de blogpost "Registratie bankgift kan nu ook online".
Even samenvatten. Een notariële schenking of een schenking via bankgift? Die keuze zal afhangen van enkele factoren:
Als u een schenking heeft gekregen, kan het dan gebeuren dat u die moet teruggeven? Kan de schenker de schenking zomaar terugvragen? Neen! Een schenking is onherroepelijk: gegeven is gegeven. Of beter: gekregen is gekregen.
Er zijn wel uitzonderingen op dit principe:
Om discussies na overlijden te vermijden, raden wij altijd aan om bij een schenking rekening te houden met de reserve (waarop reservataire erfgenamen zoals kinderen en wettige echtgenote recht hebben) en elk kind te geven waar het recht op heeft.
Dat hangt af van wat de schenker beslist heeft. Er zijn immers twee soorten schenkingen:
Over welke voorwaarden gaat het precies? We overlopen er hier een paar. Er zijn er nog andere mogelijk, maar dit zijn de 6 meest voorkomende.
Wat we vaak in schenkingsakten zien, is een voorbehoud van vruchtgebruik. U ontvangt dan enkel de blote eigendom. De schenker houdt het vruchtgebruik, wat betekent dat hij recht heeft op de vruchten (of interesten en dividenden). Hij mag ook het beheer blijven voeren. We zien dit vaak bij ouders die de controle nog niet uit handen willen geven. Ze willen zelf de beleggingsbeslissingen blijven nemen.
Voorbehoud van vruchtgebruik moet sowieso via notariële akte geregeld worden, dit kan nooit via een bankgift. Er zal dus 3% schenkbelasting verschuldigd zijn. Als blote eigenaar kan u eigenlijk zelf niets doen met dit type portefeuille.
De ‘vruchten’ moeten worden overgemaakt naar de rekening van de vruchtgebruiker. Dit staat niet in steen gebeiteld. De vruchtgebruiker kan afstand doen van het vruchtgebruik of het vruchtgebruik laten omzetten in een som. Op dat moment wordt u volle eigenaar. Maar meestal valt het vruchtgebruik pas weg bij het overlijden van de ouder. U wordt dan pas volle eigenaar.
Een alternatief voor het vruchtgebruik is het opleggen van een financiële last. De schenker voorziet dan – meestal facultatief – dat hij elk jaar kan beslissen om bijvoorbeeld 3% uit de portefeuille aan zich te laten uitkeren. Anders dan bij het vruchtgebruik is dit niet afhankelijk van de prestaties van de portefeuille. En anders dan bij vruchten moet dit niet worden overgemaakt. Het is beter de financiële last enkel in te roepen wanneer het echt nodig is. Door de financiële last wordt de schenking een stukje teruggedraaid en komt er terug vermogen bij de schenker. Het geeft hem een extra zekerheid dat hij nog iets heeft om op terug te vallen.
Geregeld wordt de financiële last gebruikt in combinatie met het vruchtgebruik: er wordt soms bepaald dat er elk jaar gekeken moet worden hoeveel het vruchtgebruik oplevert. Indien dit 3% of meer is: prima. Indien dit minder dan 3% is, dan bepaalt men soms dat er aanvullend een financiële last kan opgenomen worden. Als de vruchten in een bepaald jaar 2% bedragen, kan men aanvullend 1% financiële last opnemen.
Geregeld wordt ook een last van levensonderhoud bedongen. Daarin wordt bepaald dat de begiftigden met de geschonken tegoeden in het levensonderhoud van de schenker moeten voorzien wanneer die zelf onvoldoende middelen zou hebben. Dit zijn ‘fall back’-clausules waarvan gehoopt wordt ze nooit nodig te hebben. Ze zorgen vooral voor gemoedsrust van de schenker.
In veel schenkingen zien we een vervreemdingsverbod (of afhaalverbod). Dit moet beperkt zijn in de tijd en “een rechtmatig belang dienen”, bijvoorbeeld wanneer de schenker zekerheid wil over de uitoefening van zijn vruchtgebruik, of zeker wil zijn dat hij zijn 3% financiële last zal kunnen afhouden. Als de begiftigde immers alles afhaalt en uitgeeft, wordt dat moeilijk. Meestal wordt bepaald dat het eindigt bij het overlijden van de schenkers.
Een veel voorkomende clausule in een schenkingsakte is een beding van terugkeer. Dit bepaalt dat, wanneer u als begiftigde overlijdt vóór de schenker, de geschonken tegoeden dan vrij van lasten en kosten terugkeren naar de schenker, alsof ze dat vermogen nooit verlaten hebben. Dit wordt vaak gebruikt om de schoonfamilie geen aanspraken te geven op de nalatenschap van het kind. Of om toch minstens de keuze te hebben op het moment van overlijden van het kind wat men ermee wil doen. Meestal wordt er dan een termijn voorzien om te kijken of men het beding gaat uitoefenen of niet. De schenker kan op dat moment bekijken wat gewenst is en wat fiscaal het interessantste is.
In schenkingsakten zien we ook vaak een uitsluitingsclausule. Die bepaalt dat het niet toegelaten is om de geschonken tegoeden in te brengen in een huwgemeenschap - zelfs onder wettelijk stelsel. Wanneer men bijvoorbeeld een schenking heeft gekregen en men wil die inbrengen, zal dit niet toegestaan zijn. Ook dit wordt vaak gebruikt om de schoonfamilie geen aanspraken op de schenking te geven.
Alles bij elkaar is de schenking een formule met veel verschillende facetten die niet altijd even bekend zijn bij iedereen. Nog drie courante misverstanden om dit deel af te ronden.
U erft bij het overlijden van een ouder. Kan u uw erfenis vrij besteden?
In principe wel. U heeft het geërfd, dus in principe kan u ermee doen wat u wil. Maar er zijn uitzonderingen:
Wat gebeurt er met de bankrekeningen bij een overlijden?
De bank blokkeert de rekeningen zodra zij kennis heeft van het overlijden. Opgepast, u moet dat wel melden aan de bank, de bank weet dat niet zomaar. U bezorgt best ook ineens de gegevens van uw notaris aan de bank. Meer hierover in het artikel over "Bankrekeningen na een overlijden" op onze blog.
De banken moeten de stand van de rekeningen melden aan de fiscus. Verder moeten de erfgenamen de aangifte nalatenschap indienen. De melding door de bank is niet voldoende. Als u niet weet waar uw ouders rekeningen hadden, kan u via Febelfin een bankonderzoek aanvragen.
Om de rekeningen te laten deblokkeren moet u aan de bank een akte of attest van erfopvolging bezorgen, waarop de erfgenamen vermeld staan. Verder heeft de bank instructies nodig voor de verdeling van de erfgenamen of van de notaris.
Een belangrijk aandachtspunt is de vermenging na overlijden tussen de tegoeden van de langstlevende partner en de vererfde tegoeden. Dus vermenging tussen tegoeden waar wel en niet al erfbelasting op werd geheven.
Onthoud de vuistregel: indien de ouders gehuwd waren onder een gemeenschapsstelsel, komt in principe de helft van de gemeenschap in de successie terecht, de andere helft niet (de ouders kunnen dit wel anders regelen via huwelijkscontract of testament). Als er dus een rekening van 100 is op naam van beide ouders, en vader overlijdt, zal 50 van de langstlevende echtgenote zijn en 50 in de successie komen. Van die 50 in de successie erven de kinderen de blote eigendom en de moeder het vruchtgebruik.
Kinderen kunnen dan zeggen: zet de ganse rekening maar gewoon verder op naam van moeder. Dat is toegelaten en als alle erfgenamen dat willen, kan dat zo worden verdergezet. Maar hierdoor kan er wel discussie met Vlabel (Vlaamse belastingdienst) en mogelijke dubbele belasting ontstaan. Zeker wanneer er veel tijd is tussen het overlijden van de twee ouders kan er een bewijsprobleem ontstaan.
Wanneer moeder sterft, wordt immers de ganse rekening opnieuw gemeld aan Vlabel. De kinderen moeten dan aantonen dat er al erfbelasting op een deel werd betaald.
De Vlaamse belastingdienst zorgt voor een verrekening, maar u zal wel het bewijs moeten leveren. Daarom raden wij altijd aan om bij het eerste overlijden, de rekeningen correct te verdelen. De originele rekening van 100 wordt opgesplitst in een rekening van 50 op uitsluitende naam van moeder en een andere rekening van 50 op naam van de kinderen in blote eigendom en moeder in vruchtgebruik waarbij ‘de vruchten’ netjes worden overgeboekt naar moeder.
Tot slot?
Elke schenking en elke nalatenschap is anders. Het gaat werkelijk om maatwerk.
Bekijk goed uw eigen situatie en werk tijdig uw eigen vermogensplanning uit. Stuur die planning regelmatig bij wanneer er zich bepaalde zaken voordoen in uw leven: huwelijk, kinderen, overlijden ouders, kleinkinderen, echtscheiding, ziekte etc.
De topic ‘schenken en erven’ verdient zeker een grondig gesprek. In eerste lijn, met uw commercieel contactpersoon bij Dierickx Leys Private Bank. Die kan, wanneer nodig, de bijstand van de juridische dienst vragen, een team dat ook open staat voor een diepgaand gesprek.
Ook wanneer uw ouders bijvoorbeeld een schenking overwegen, kan het zinvol zijn dat we met de kinderen samenzitten om de concrete implicaties voor hen verder te bespreken.
Maak hier uw afspraak voor een kennismakingsgesprek (vertrouwelijk en vrijblijvend) →